Mantelzorger heeft stress en wil meer steun vanuit overheid

13 april 2021

 

Brenda Kluijver

 

Mantelzorgers ervaren regelmatig stress, gaan over hun eigen grenzen heen en voelen zich schuldig omdat ze niet voldoende zorg kunnen leveren. De emotionele en fysieke belasting is voor een derde van de mantelzorgers sinds corona bovendien toegenomen.
PREMIUM

 

 

20 januari 2020

 

De evaluaties van Zorg en U dagopvang  2019 zijn binnen: 9,9!!! 

Gemeten zijn de volgende onderdelen:
- verhouding emotionele/mentale draagkracht
- voldoende afwisseling activiteiten
- of de persoon in kwestie het naar zijn zin heeft
- oog voor mantelzorgers
- voeding

Kabinet neemt maatregelen om stapeling van zorgkosten tegen te gaan

 

 

De ondersteuning vanuit de Wet maatschappelijk ondersteuning (Wmo) kost vanaf 2019 €17,50 per vier weken voor iedereen. Daarnaast wordt de vermogensinkomensbijtelling voor de Wet langdurige zorg (Wlz) verlaagd van 8% naar 4%. Deze en meer maatregelen neemt het kabinet om de zorg en ondersteuning betaalbaar te houden voor mensen die te maken hebben met verschillende soorten van eigen bijdragen in de zorgwetten.

 

Stapeling zorgkosten voorkomen

 

Veel mensen die een eigen bijdrage betalen voor maatschappelijke ondersteuning of langdurige zorg maken ook het eigen risico geheel of gedeeltelijk op of moeten bijbetalen voor onder andere geneesmiddelen. Deze stapeling van zorgkosten kan soms oplopen tot honderden euro’s per maand. Het kabinet neemt daarom een reeks van gerichte maatregelen om voor iedereen de zorg en ondersteuning die zij nodig hebben beschikbaar te houden en betaalbaar te maken, waaronder het abonnementstarief voor de Wmo en de verlaging van de vermogensinkomensbijtelling voor de Wlz. Het is de bedoeling dat beide maatregelen met ingang van 2019 van kracht worden.

 

Eerder dit jaar werd al het percentage van het inkomen dat meetelt voor de berekening van de eigen bijdrage in de Wlz verlaagd van 12,5% naar 10%. Ook heeft het kabinet al besloten om het eigen risico voor de zorgverzekering te bevriezen tot en met 2021 en is het kabinet voornemens om de bijbetalingen voor bepaalde geneesmiddelen te maximeren op €250 per jaar.

 

Abonnementstarief

 

Met de invoering van het abonnementstarief voor de Wmo gaan huishoudens die gebruik maken van een Wmo-voorziening een vast tarief van €17,50 per vier weken betalen, ongeacht inkomen, vermogen of gebruik. Het abonnementstarief is een maximumtarief. Er blijft ruimte voor gemeenten om een lagere eigen bijdrage vast te stellen, bijvoorbeeld als er sprake is van mantelzorg of voor huishoudens met een minimuminkomen. Het abonnementstarief maakt de uitvoeringspraktijk bovendien een stuk eenvoudiger. Het voorkomt bureaucratie en administratieve rompslomp en leidt daardoor tot een soepeler proces en minder fouten.

 

Vermogensinkomensbijtelling langdurige zorg

 

Om de zorgkosten verder te beperken wordt vanaf 2019 de vermogensinkomensbijtelling voor de eigen bijdragen in de Wlz gehalveerd van 8% naar 4% van het vermogen. Door deze maatregel hoeven mensen, waaronder veel ouderen in verpleeghuizen, minder op hun vermogen in te teren om de eigen bijdragen te betalen.

 

 

 

 

14 juni 2018

 

Rechter: maatwerk is maatwerk, niet iets anders

 

 

rechterVoor passende zorg en ondersteuning is vaak een maatwerkvoorziening nodig via de gemeente (Wmo). Sommige gemeenten zien dat niet zitten en bieden mensen het liefste een algemene voorziening. Dat is meestal goedkoper en eenvoudiger voor de gemeente. De rechtbank Limburg gaat hier niet in mee: de gemeente Heerlen is op de vingers getikt omdat ze een inwoner te gemakkelijk in een algemene voorziening duwt, terwijl het eigenlijk om maatwerk gaat.

De rechtbank Limburg oordeelt dat de persoonlijke begeleiding van een inwoner van Heerlen geen algemene voorziening is, maar toch echt moet worden gezien als maatwerkvoorziening. De begeleiding die nodig is, is ‘op maat’, precies afgestemd op de persoon.

Dit betekent dat burgers die recht hebben op persoonlijke begeleiding kunnen kiezen voor een persoonsgebonden budget (pgb) waarmee ze zelf begeleiding kunnen regelen. De gemeente weigerde dit pgb en verwees de inwoner rechtstreeks door naar een zorgaanbieder. Dit wordt nu geblokkeerd door de rechter. De inwoner moet alsnog een pgb krijgen om de haar vertrouwde begeleider die er al was, weer in te kunnen huren.

Beschikkingsvrij

De uitspraak van de rechtbank gaat in feite over meer dan alleen de afbakening tussen een algemene voorziening en maatwerk. Steeds meer gemeenten willen ‘beschikkingsvrij’ werken. Als mensen een aanvraag voor zorg of ondersteuning indienen, geeft zo’n gemeente geen besluit af. Wel worden mensen dan rechtstreeks door de gemeente doorverwezen naar een zorgaanbieder voor een algemene voorziening.
Ze krijgen voor de algemene voorziening geen beschikking en dat is weer slecht voor hun rechtspositie. Aanvragers kunnen geen of maar heel moeilijk bezwaar maken tegen de handelwijze van de gemeente. Om toch de passende zorg en ondersteuning te krijgen, worden mensen gedwongen langdurige juridische procedures te voeren – zoals in de zaak tegen de gemeente Heerlen. Kostbare tijd en energie gaan zo verloren, zowel voor mensen met een beperking als uiteindelijk ook voor gemeenten.
Onduidelijk is of Heerlen beroep aantekent tegen de uitspraak van de rechter.

Vraag maatwerk aan

De uitspraak van de rechtbank Limburg betekent dat gemeenten niet naar eigen believen zorgvragers kunnen doorsturen naar algemene voorzieningen. Gebeurt dat toch, dan is het advies om alsnog een aanvraag voor een maatwerkvoorziening in te dienen waardoor bezwaar en beroep mogelijk is.

Nationale Zorgnummer

Wilt u meer weten over deze uitspraak, over het onderscheid tussen maatwerk- en algemene voorzieningen of heeft u soortgelijke ervaringen met ‘beschikkingsvrij’ werken? Neem dan contact op met het Nationale Zorgnummer, 0900 2356780 (20 ct. per gesprek) of via het formulier op www.nationalezorgnummer.nl
De uitspraak van de rechtbank Limburg tegen de gemeente Heerlen van 18 mei 2018 
Meer over beschikkingsvrij werken bij zorgaanvragen:
Recht op helder besluit van de gemeente

 

 

 

 

 

17 mei 2018

 

Nationale ombudsman maakt zich zorgen over toegang tot zorg

 

5 Reacties

 

veranderingNaar aanleiding van klachten en signalen van burgers over de toegang tot zorg heeft de Nationale Ombudsman een onderzoek gedaan. Op 14 mei 2018 verscheen het rapport ‘Zorgen voor burgers’. Daaruit blijkt dat de ombudsman zich grote zorgen maakt over de toegang tot zorg en dat het veel mensen niet of nauwelijks lukt de zorg of ondersteuning die zij nodig hebben zelf te regelen. Daardoor vallen zorgbehoevende burgers buiten de boot.

Ondanks de vele onderzoeken, evaluaties en pilots naar het zorgstelsel vanaf 2015, zijn de problemen van burgers nog altijd niet opgelost. Uit het onderzoek van ombudsman Reinier van Zutphen blijkt dat het zorgsysteem niet goed aansluit bij wat mensen aan zorg nodig hebben.

Verschillende wetten en loketten

Burgers weten vaak niet bij welk loket ze moeten zijn; bij dat van de gemeente, het Rijk of de verzekeraar. Volgens ombudsman Reinier van Zutphen weten de loketten het vaak ook niet. Zo komt het voor dat gemeenten verwijzen naar andere instanties die op hun beurt weer terugverwijzen naar de gemeente.

Ook is het een groot probleem dat de Wlz, Wmo, Jeugdwet en Zvw ieder eigen wettelijke regels, beleid, werkwijzen en procedures kennen voor het pgb. Dit maakt de uitvoering vaak onduidelijk, zeker als van meerdere regelingen gebruik moet worden gemaakt of een overstap gemaakt moet worden. Daarnaast gaan de meeste pgb-verstrekkers vooral uit van wantrouwen in plaats van vertrouwen, wat resulteert in nog meer regelgeving. Hierdoor wordt het voor budgethouders/vertegenwoordigers, maar ook verstrekkers, steeds ingewikkelder om op een juiste manier met een pgb te werken. Volgens de ombudsman zijn de regels te ingewikkeld en ervaren burgers een bureaucratische rompslomp.

de Nationale Ombudsman ziet de volgende problemen

  • Onduidelijkheid bij de aanvraag
  • Onvoldoende inspraak en ondersteuning
  • Onvoldoende deskundigheid professionals toegang
  • Geen continuïteit in zorg bij overgangen
  • Bureaucratische rompslomp

Oplossingen volgens Nationale Ombudsman

  • Werk integraal en multidisciplinair en verwijs burgers ‘warm’ door
  • Zet de uitvoering centraal en investeer in scholing en methodiekontwikkeling; maak moeilijke gevallen bespreekbaar, escaleer indien nodig en leer ervan
  • Zorg voor een overbruggingsbudget in situaties waarin het niet direct duidelijk is welke zorgwet of financiering van toepassing is

Eerder concludeerden onder meer belangenorganisatie Ieder(in), het Sociaal en Cultureel Planbureau en de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving al dat het mensen te moeilijk wordt gemaakt om de juiste zorg te krijgen.

Tijd op echt eens te kijken naar de problemen lijkt ons!

 

 

 

 

 September 2017 Nieuws!

 In de zorg zijn er tal van uitdagingen om beter tegemoet te komen aan de behoeftes van cliënten. Een vaste begeleider bijvoorbeeld. Als je naar het verpleeghuis verhuist, verdwijnt je casemanager dementie onmiddellijk uit je leven en neemt een EVV-er diens rol over. In het experiment zoekt men oplossingen voor geleidelijker overgangen, zodat een cliënt zich echt gekend kan blijven weten.  Maar ook contact houden met familie, vrienden, de kerk of mensen uit je clubs is belangrijk. In het experiment willen de deelnemers leren hoe zorgverleners en familie hiervoor goed kunnen samenwerken.

 

Op 5 april jl. was er een inspiratiebijeenkomst voor bestuurders, verzorgenden, vrijdenkers en cliëntvertegenwoordigers en andere betrokkenen in de regio’s Amstelveen, Kennemerland en Gooi en Vechtstreek. Lees hier de presentaties en de ideeën van de deelnemers https://www.waardigheidentrots.nl/verslagen/verslag-bijeenkomst-leven-zoals-je-wilt/

 Op het moment dat iemand naar het verpleeghuis verhuist, kan hij niet meer naar de dagbesteding in de wijk waar hij aan deelnam. Verpleeghuizen besteden het zorgbudget van hun cliënten namelijk aan eigen voorzieningen in huis; voor activiteiten buiten de instelling is er geen geld.  Ook hiervoor worden oplossingen gezocht; ‘ontschotting van de financiering’ noemt men dat. ‘Daarvoor zijn er nog wel oplossingen nodig, binnen én buiten het experiment’, zegt de projectleider van ‘Leven zoals je wilt’. ‘We zijn niet in één keer in de situatie dat dagbestedingen voor thuiswonenden (WMO-faciliteiten) en die van verpleeghuizen (Wlz-gefinancierd) ‘open’ faciliteiten zijn waarvoor ouderen zich kunnen aanmelden als ze dat willen. Als dat al de oplossing zou zijn waar je uiteindelijk naar toe zou moeten werken’. 

 

Voor één van de cliënten in het experiment wordt er hiermee geëxperimenteerd. 

 

Redactioneel - 20-06-2017

 

De overgang van thuis wonen naar een verpleeghuis is groot. Vertrouwde dingen blijven doen, is belangrijk. Juist dan! Zoals bijvoorbeeld naar de eigen dagbesteding blijven gaan, met bekenden en plezierige activiteiten. Maar in de regel kan dit niet, doordat dagbesteding in de wijk en in het verpleeghuis uit verschillende potjes wordt betaald.

 

In het experiment ‘Leven zoals je wilt’, zoekt men voor cliënten oplossingen om dit wél mogelijk te maken. Voor mevrouw Ine Brouwer uit Amstelveen bijvoorbeeld. Zij bezocht tien jaar lang de dagbesteding in de wijk. Toen ze naar een verpleeghuis verhuisde, kon dat in principe niet meer. Mevrouw Brouwers: “Je valt dan wel in een gat. Het vertrouwde is weg en je hebt niets meer om naar uit te kijken.” Maar er werd voor haar een experiment gestart waardoor het wél mogelijk werd.

 

RTV Amstelveen maakte een speciale uitzending over het experiment ‘Leven zoals je wilt’, waarin aan het eind het verhaal van mevrouw Brouwer te zien is.  

 

 

1 januari 2016 Yvonne Knopperts komt Zorg en U versterken !!

!!NIEUW!! Zorg en U gaat samenwerking aan met Centrum Evers. Tijdens de dagopvang wordt er een passend bewegingsprogramma geboden o.l.v. een geriatriefysiotherapeute. 

 

ABN AMRO: zwaar weer voor langdurige zorg

21 sep 2015

ABN AMRO verwacht dat de meeste instellingen die langdurige zorg leveren het jaar 2015 zullen afsluiten met rode cijfers.
ABN AMRO: zwaar weer voor langdurige zorgFoto: ABN Amro

Sectorbankier Anja van Balen: 'Ik heb het gevoel dat de meeste instellingen dit jaar verlies zullen maken'. Van Balen deed haar uitspraak donderdag tijdens een lezing op het Zorg & Finance-congres van Zorgvisie.

Zorg naar gemeenten

De instellingen voelen de gevolgen van de transitie waarbij delen van de zorg zijn overgeheveld naar de gemeenten. De veranderingen gaan gepaard met kortingen op de budgetten en met een aantal praktische problemen in de uitvoering. Van Balen houdt er rekening mee dat problemen bij de registratie en bij het declareren van zorg bij de gemeenten ook zullen leiden tot vertraging bij de goedkeuring van de jaarrekeningen. 'Daarom zullen we de instellingen vragen om interim-cijfers', aldus Van Balen. Ze roept de instellingen op om tijdig te communiceren met hun bank. 'Bel gewoon de bank over bijvoorbeeld de bevoorschotting.'

Zorgsector

Ze stelt vast dat haar bank anders naar de zorgsector kijkt dan enige jaren geleden. De ziekenhuizen konden de jaarverslagen over 2013 niet op tijd publiceren, de ggz-instellingen kunnen dat niet met de jaarverslagen over 2014 en bij de langdurige zorg dreigt hetzelfde te gebeuren met de jaarverslagen over 2015. 'Dan heb ik het binnen de bank moeilijk om uit te leggen dat de zorg een solide sector is. Ons hele ratingmodel is afhankelijk van goedkeurende verklaringen', aldus de ABN AMRO-bankier.

Zorginstellingen

De bank vraagt steeds meer strategische informatie aan zorginstellingen. Ziekenhuizen moeten een tienjarenvisie ontwikkelen en toelichten bij de bank. De bank wil weten wat de positie van het ziekenhuis is in zijn werkgebied. Wat de verwachte zorgvraag is en wat de plannen zijn als het gaat om bijvoorbeeld verdere specialisatie en afbouw van bedrijfsonderdelen. Tevens is de bank geïnteresseerd in de contracten die worden afgesloten met de zorgverzekeraars. En de bank wil weten wat de prognoses zijn voor een aantal kernratio's zoals het vermogen om de rente en aflossingen terug te betalen en de planning van de afschrijvingen op het vastgoed.

Langdurige zorg

De instellingen in de langdurige zorg wordt voorlopig niet om een tienjarenvisie gevraagd vanwege de ingrijpende veranderingen die momenteel plaatsvinden. 'Uiteindelijk moet een organisatie in de langdurige zorg natuurlijk ook een tienjarenvisie hebben. We willen bijvoorbeeld weten welk deel van het vastgoed wordt uitgefaseerd en welk deel van de intramurale zorg wordt afgestoten', aldus de ABN AMRO-bankier.

Pgb-houders massaal verstoken van zorg

Mensen die minder dan tien uur zorg in de week nodig hebben verliezen in 2014 hun persoonsgebonden budget (pgb). Het overgrote deel van hen kan geen gepaste vervangende zorg vinden bij instellingen, zo blijkt uit een enquête van belangenorganisatie Per Saldo.

 

De groep die door de zogenoemde 10-uursgrens wordt geraakt bestaat uit 42.000 mensen. Van hen heeft Per Saldo zeshonderd mensen ondervraagd. Van de invullers zegt 84 procent geen passende zorg te kunnen vinden bij instellingen. De helft van alle invullers heeft zelfs al bij verschillende zorginstellingen geïnformeerd en nul op het rekest gekregen. Het gaat vaak om mensen met psychiatrische beperkingen zoals autistisch spectrum stoornissen, niet-aangeboren-hersenletsel en lichtelijk verstandelijk beperkingen. Zij hebben volgens Per Saldo vaak moeite met veranderingen en hechten daarom aan een vaste begeleider. Bij zorginstellingen is het in de meeste gevallen lastig om altijd dezelfde begeleider te krijgen, terwijl ze dat met een pgb wel kunnen organiseren. Per Saldo roept het kabinet daarom op de 10-uursgrens te schrappen.
Duurdere zorg De organisatie schrijft: 'Het kabinet denkt door deze maatregel geld te besparen, wat een misvatting is. Mochten mensen al zorg vinden bij een instelling, dan is dat een stuk duurder dan dat de zorg met een pgb wordt georganiseerd; zorg ingekocht met pgb kost gemiddeld 65 procent van het natura-tarief. Kortom, duurdere zorg, die vaak niet werkt en vaak niet op het juiste moment wordt gegeven.'
Kleine zorgvraag Daarnaast stelt Per Saldo dat de zorgvraag van deze mensen nu klein is vanwege het pgb. 'Als ze verstoken raken van zorg, zullen ouders en familie deze mensen moeten gaan helpen. Dit kan leiden tot overbelasting en burn-out, wat gaat leiden tot grotere aanvragen voor zorg. Ook daardoor wordt het alleen maar duurder.'

door                        Wouter van den Elsen 15 mrt 2013 laatste update:18 mrt 2013

 

 

Paul Schnabel (SCP) bezorgd over armoede middenklasse

 
Paul Schnabel, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), maakt zich zorgen over de gevolgen van de plannen rond de sociale zekerheid. Een deel van de middenklasse dreigt op bijstandsniveau te moeten leven, voorspelt hij. ‘Ik verwacht dat dit een van de grootste problemen gaat worden de komende jaren.’
 

'Als de economie niet groeit, zal er de komende periode een heel andere groep op bijstandsniveau te komen leven', zegt de scheidende SCP-directeur in het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken dat woensdag 13 verschijnt. Naast langdurige werklozen, mensen met niet of nauwelijks een opleiding, mensen met verslavingsproblemen of psychische aandoening, zullen ook gezinnen uit de middenklasse wegzakken in de samenleving, voorspelt Schnabel.
Bemoeizucht De SCP directeur die dit jaar met pensioen gaat, laat zijn licht in het interview ook schijnen over welk type professional Nederland nu nodig heeft. 'Soms bemoeizuchtige, maar meestal terughoudende professionals. Mensen bij wie de aandacht is gericht op de wensen van de cliënt, en waarbij de grenzen van het professionele ook niet te zwaar aangezet worden.'
Mantelzorg Het vrijwilligerspotentieel wordt volgens Schnabel in Nederland nog wel eens onderschat. 'Het gaat in de mantelzorg niet over even een pannetje soep langsbrengen. Het gaat over langdurige zorgsituaties.' Ook benadrukt hij dat het niet zozeer de dertigers zijn die de zestigers moeten helpen, maar vooral de vijftigers en zestigers die de tachtig- en negentigjarigen ondersteunen. 'Een generatie die ook de dertigers moet helpen met kinderopvang en waarvan verwacht wordt dat ze langer doorwerken. Na 168 uur is een week toch echt afgelopen.'